Vakmensen aller landen, verenigt u!

In een sterke economie is vakinhoudelijke kennis belangrijker dan regeltalent. Maar hoe worden vakmensen weer de baas? Esther Barfoot en Harold Janssen schreven een stappenplan.                                                                                                                                                           Voor een sterke economie moet vakinhoudelijke kennis weer belangrijker worden dan regeltalent, zo stelt Mathieu Weggeman afgelopen zaterdag in nrc.next. Hij legt de vinger op de zere plek, zonder meer. Maar hoe had hij gedacht dat dat ging gebeuren zolang ‘mensen die goed kunnen praten’ de baas zijn? Daarvoor moeten die vakinhoudelijk deskundigen eerst onder hun juk vandaan komen. Voor hen is dit stappenplan.

1. Ontwaakt

Artsen, verpleegkundigen, onderwijzers, politieagenten en alle andere vakmensen hebben een vak geleerd met een moraal. Bijvoorbeeld kinderen  helpen bij hun ontwikkeling, , mensen beter maken of iets doen waar de samenleving beter van wordt. De organisaties zelf zijn hen daarbij danig in de weg gaan zitten. Door de extreme omvang en het heilige geloof in efficiency, richt het management zich alleen nog maar op kwantitatieve en dus amorele targets. Droog beweren velen van hen dat het ‘niet uitmaakt wat je managet’.

Hoe zit dat bij jou? Heb jij het gevoel dat de wereld beter wordt als vakmensen weer zélf over hun vak zouden gaan? Gloort bij jou ook het besef dat ons rotsvaste geloof in organisaties misschien wel berust op een illusie? Ben jij – om in termen van The Matrix te spreken – zover om de rode pil te slikken? Ben je klaar om een moeizame, maar noodzakelijke worsteling met het systeem aan te gaan?

 

2. Emancipeer

Hee, je hebt de rode pil genomen! Welkom aan de andere kant. Het kwartje is ook bij jou gevallen: je bent geen human resource, maar een human being.  Ben je klaar voor een nieuwe realiteit? Ons hele wereldbeeld en maatschappelijke discours werd tot nu toe bepaald door een heilig geloof dat als je maar stevig aanstuurt, meet en steeds preciezer weet, je betere resultaten zult boeken. Zie dit wereldbeeld maar eens kwijt te raken. Dat gaat gepaard met twijfels. Klopt het wel?  Mag ik zo vrij denken? Zal ik me niet toch liever voegen? Ik heb principes, maar ook een hypotheek. De ene dag sta je achter je keuze, de volgende dag weet je niets meer zeker.

Geen zorgen: gaandeweg vallen er meer kwartjes en ontmoet je steeds vaker gelijkgezinden. Dan komt vaak een moment van inzicht, van ommekeer, en besef je: maar dit gaat verdorie om de essentie van mijn werk! Hiervoor wil ik me hard maken! Het is een bevrijding van binnenuit. Wij noemen het: de emancipatie van de vakmens.

 

3. Verenigt u 

De kans bestaat dat je directe collega’s kritisch zullen reageren: wat is dat voor malligheid? Daarvoor ben je niet aangenomen! Terug in je hoek! Mogelijk groeien jullie uit elkaar, want voor jou is er geen weg meer terug.

Bouw daarom een netwerk op van gelijkgezinden, op allerlei plekken binnen en buiten jouw organisatie. Organiseer ontmoetingen: een veilige thuishaven, waar jullie ervaringen kunnen uitwisselen, discussiëren en leren van elkaar. OR, wees niet langer alleen maar de Tegenpartij. Wees juist de verbinder van deze mensen in de onderstroom. Dát is de nieuwe medezeggenschap.

Hetzelfde geldt voor de vakbond. Want waar is eigenlijk het woord ‘vak’ gebleven in het woord vakbond? Sta erop dat een vakman meer verdient dan de boven hem gestelde. Juist vanwege de maatschappelijke waarde van vakmanschap, moet dit hoger beloond worden dan wat dan ook. Zeker hoger dan maatschappelijke afpersers die dreigen met hun hele bedrijf naar het buitenland te verdwijnen.

 

4. Ga weg

Als je je vak serieus neemt, kun je weggaan bij de organisatie waar je werkt en met enkele geestverwanten opnieuw beginnen. Anderen gingen je voor. Buurtzorg Nederland is bij vrijwel iedereen bekend. Zevenduizend vakvrouwen, nul managers. Ze doen het in alle opzichten beter dan hun ouderwetse concurrenten.

 

5. Of blijf

(en wees ongehoorzaam)

Maar misschien wil je blijven. Of moet je wel, bijvoorbeeld omdat er maar één organisatie is waar je je vak kunt uitoefenen. Als politievakman bijvoorbeeld. Dan kun je óók een beweging van onderop vormen. Zoek naar slimme manieren om je werk te doen zoals de samenleving dat van je vraagt. Wees intelligent ongehoorzaam. Het is vaak sneller en productiever om vergiffenis te vragen, in plaats van toestemming vooraf. Je zult zien: elke vondst wordt gretig opgepikt door je collega’s.

 

6. Doe de capoeira

Capoeira? Jazeker: de volgende stap is een spreekwoordelijke vechtdans met de hiërarchie. Speel het spel. Veranderen is meer dan ooit een politiek proces geworden. Daarmee bedoelen we niet partijpolitiek, maar politiek in de zin van onderhandelen, compromissen sluiten, geven en nemen. Dat komt omdat zich steeds duidelijker twee tegengestelde overtuigingen aftekenen. En ze worden steeds stelliger. Aan de ene kant heb je mensen die overtuigd zijn van het nut van een organisatie en zich bekommeren om de continuïteit, met het verouderd instrumentarium van de managementbureaucratie. Aan de andere kant heb je de emanciperende vakmensen en andere bevrijde lieden uit de onderstroom. Zij zullen  moeten wheelen en dealen met de tegenkracht. 

 

7. Vorm werkgemeenschappen 

Hoe vaak horen we niet dat ‘instanties langs elkaar heen werken’. Dat het ondanks de goede bedoelingen van talloze instanties niet lukt om een kind te beschermen voor gewelddadige ouders of een oudere te verlossen van zijn eenzaamheid. Wanneer leren we nu eens: instanties kúnnen dit soort vraagstukken niet oplossen! Alleen goed samenwerkende vakmensen kunnen dat. Mensen die zich horizontaal verbinden en rechtstreeks inspelen op de situatie op straat in plaats van wat ‘hun instantie’ hen dicteert.

Dit kun jij ook doen. Stel een vraagstuk of de cliënt werkelijk centraal en organiseer wat daarvoor nodig is. Met wie daarvoor nodig is. De grenzen van de organisatie zijn daarbij irrelevant. Deze horizontaal georganiseerde vakmensen noemen wij een werkgemeenschap.

 

8. Eis de spullen terug

En als je je werk dan zelf organiseert, merk je ongetwijfeld dat je ook weer over de spullen moet gaan. Soms is er voor vakmensen niet eens aan een bedrag van een paar tientjes te komen. Vitale zaken die vakmensen nodig hebben voor hun werk, zijn ergens in de bureaucratie belegd. Waarom kun je daar zelf niet over gaan? Waarom hebben vakmensen geen pasje van de zaak, maar hooggeplaatsten die vaak slechter met geld kunnen omgaan wél? Waarom bepaalt een inkoper met welke spullen jij werkt? Waarom mag je niet zélf bepalen wie jouw nieuwe collega wordt, met wie jij je in gevaarlijke situaties begeeft? Wij eisen onze spullen terug!

 

9. Wees activistisch 

Dus vakmensen, sta op. Slechts weinigen zijn immoreel, de meesten gedragen zich amoreel. Breng hen iets van de moraliteit van je vak over – al is het maar een splinter. De wereld lijkt soms onveranderbaar, maar de managementbureaucratieën zijn reuzen op lemen voeten. Ze bestaan slechts bij de gratie van hen die zich voegen.

Breek door dat cordon van gevestigde belangen. Stel je teweer tegen al die collega’s die het liever bij het oude houden. Die blijven rondwentelen in hun favoriete klotegevoel. Emancipeer!

 

Esther Barfoot en Harold Janssen zijn organisatieactivisten. Ze werken bij DeLimes, een bureau dat advies geeft bij organisatieverandering.

Lees het artikel op NRC.Next

secretariaat@delimes.nl